#105: IK BEN GESTOPT MET TRILLEN!

Bijna Sinterklaas 2019. De laatste tijd merk ik dat ik af en toe écht ontspannen ben (zie blog #102) en dat ik al jaaaaaaren niet écht ontspannen ben geweest, maar dat mijn lichaam het dus wel begint te kunnen nu (zie blog #103). Dat was goed nieuws, dat was de doorbraak.

En op een dag word ik wakker… en merk ik dat ik niet meer tril!

Ik heb drie jaar lang van binnen getrild. Van buiten was het niet te zien, en als ik iets aan het doen was zoals computeren, TV kijken, wandelen, eten, kletsen, dan merkte ik het ook niet zo heel erg. Maar als ik in bed lag of stil op de bank zat dan voelde ik het: 24 uur per dag inwendige trillingen, vooral in mijn borst en in mijn hoofd. Maar ook in mijn armen en benen een heel klein beetje.

(Advertentie)

In het begin van mijn burnout waren de trillingen ook in mijn handen te zien en waren ze zo erg dat ik ze altijd voelde, ongeacht wat ik aan het doen was. Na een jaar of twee werden ze wat minder. En nu, na meer dan drie jaar, zijn ze gestopt.

Vooruit

Soms kan ik het bijna niet geloven. Het voelt een beetje vreemd om niet meer te trillen. Volgens mij heb ik drie jaar lang in een adrenaline-rush gezeten en die is nu eindelijk gaan liggen. Het voortdurend zonder reden nerveus zijn was een paar maanden geleden al wat gaan zakken, en het laatste getril lijkt nu ook opgehouden te zijn.

Dit is vooruitgang. Dit is herstel. Een aantal dagen lang let ik extra goed op en neem ik extra momentjes van “even voelen of ik nog tril”. En verdomd, inderdaad, ik tril nog steeds niet. Als ik iets actiefs doe, zoals 20 minuten stofzuigen, dan voel ik daarna even rustig met mijn ogen dicht mijn hele lichaam. En verhip, ik tril nog steeds niet.

Als ik in het verkeer plotseling moet remmen omdat één of andere kneus op een fiets met zowel voorop als achterop een klein kind opeens besluit om midden op de weg stil te gaan staan, schrik ik me kapot. En dan rij ik door en voel ik even rustig aan hoe mijn lichaam hierop reageert. En verroest, ik tril nog steeds niet.

Dan ga ik even wat van mijn oude blogs doorlezen, vooral degenen waar ik nog steeds woedend om kan worden of hard om moet huilen. Maar hoe woedend of verdrietig ik ook ben, ik tril nog steeds niet. Yessssss, ik weet het zeker: dit is dus echt vooruitgang! Echt waar! Echt waar!

Is de verlossing nabij?
foto: ©2019 kakikhebeenburnout.nl

Moet ik hier blij mee zijn?

Doordat ik niet meer tril, voelt mijn lichaam lekker kalm en soms zelfs slap. Soms voel ik mijn lichaam niet eens meer, het vraagt niet meer 24 uur per dag de aandacht. Maar omdat deze klacht nu is weggenomen, voel ik mijn hoofd des te meer.

Mijn kop begint weer als vanouds te gonzen en te bonzen. Ik voel mijn hartslag in mijn hoofd, de hele dag door. Als er prikkels binnenkomen, zoals een geluid of een lichtflits, dan voel ik dat als schokgolven in mijn hoofd. Het lijkt wel alsof de permanente spanning ook een afleidende werking had voor mijn hoofd. En omdat ik niet meer tril voelt mijn hoofd nu twee maal zo klote.

Dit past ook wel bij mijn theorie dat de spanning die ik vasthoud in mijn lichaam er voor zorgt dat ik me niet zo kut voel. Het gewoon doorwerken, mezelf overprikkelen en maar bezig blijven zorgde voor een actieve stand, zonder rust, waarin mijn lichaam zich bevond. Hierdoor voelde ik andere klachten zoals dat rothoofd dus wat minder.

Nu ik niet meer tril voel ik me ook ENORM vermoeid. Ik ben nu zó moe dat ik écht bijna niet meer kan lopen, nadenken of boodschappen doen. Uitgeput voel ik me. Absoluut, compleet en volledig uitgeput. Ik wil alleen nog maar mijn ogen dicht doen en niksen. Ik wil het liefst slapen, de hele dag door. Ik ga om 20:00 naar bed en kom er pas om 9:00 weer uit. Ik blijf steeds langer in bed liggen, heerlijk rustig, zonder dat ik me gejaagd voel omdat ik “er uit moet”.

Ik denk dat de voortdurende aanmaak van adrenaline nu echt aan het stoppen is in mijn lichaam. EINDELIJK! EINDELIJK! Ik kan nu terugkeren naar normaal. Jammer wel van dat hoofd en van die vermoeidheid, maar volgens mij is dit écht goed.

Na een paar dagen vergeet ik mijn blijheid alweer en sta ik niet meer stil bij het feit dat dit enorm goed nieuws is. Mijn kop voelt nu extra klote, en de moeheid is zo tergend, zo slopend. Ja, jippie, ik tril niet meer. Hoera, mijn spanningen zakken weg. Maar shit, ik lig weer de hele dag op de bank, totaal uitgeput, met een bonzende kop.

Terug naar af?

Ik stop weer met computerwerk dat ik aan het doen was om weer te “wennen aan werken”. Ik stop ook weer met hobby’s of in de tuin rommelen. Ik kom weer compleet tot stilstand. Want ik ben zo moe, en ik voel een aversie tegen zo’n beetje álles.

(Advertentie)

Het lijkt wel alsof ik weer terug bij af ben. Op de bank liggen niksen, en zó moe zijn dat zelfs een boterhammetje maken een hele opgaaf is. Er is nu geen adrenaline meer om mij te activeren. Ik denk dat ik daar heel, héél blij mee zou moeten zijn, maar het is zo moeilijk om positief te blijven als je je zo slap en uitgeput voelt.

Op sommige momenten denk ik:“Ja, dit is echt fantastisch, dit is écht zó’n super goeie vooruitgang!” Want stel je toch eens voor dat je al drie jaar lang aan het trillen bent. Het is dan toch een absoluut wonderbaarlijk gebeuren dat het éindelijk eens is opgehouden? Maar meestal zak ik weer terug in een gevoel van weemoed en verlang ik terug naar de tijd dat ik me gewoon écht goed voelde. Die tijd lijkt vooralsnog nog niet aangebroken te zijn.

“Kom op, positief blijven, Martin!” denk ik dan maar weer. “Het niet meer trillen is fantastisch en een belangrijke grote stap naar herstel! Hou vol, ouwe zak! Hou vol!

Volgende keer

Volgende keer ga ik proberen te borrelen met vrienden.

Reageren? Dat kan via Instagram.