#95: Ik word niet meer de oude, maar de nieuwe

Ik kijk in mijn tijdlijn, een lijstje dat ik in mijn telefoon bijhoud sinds mei 2018. Telkens als er een significantie gebeurtenis of terugval is dan noteer ik die. Het is nu eind september 2019.

In de hele afgelopen maand heb ik niets genoteerd. Dat is mooi, want in augustus noteerde ik nog elke week wel een verschrikkelijk gevoel, wanhoop, duizelingen, terugval, of huil- en paniekaanvallen. Door schade en schande wijs geworden vertrouw ik deze flinke vooruitgang eigenlijk niet, en ik denk na over de afgelopen maand.

Computerwerk

Ik was op de computer weer elke dag bezig met mijn hobbyprojecten. Alsof ik aan het “werk” was, maar dan zonder baas. Wel met vaste tijden. Alleen in de ochtenden op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag, en dan maximaal 2 keer 50 minuten achter elkaar met 10 minuten pauze er tussen.

(Advertentie)

Dit “werken” beviel mij goed. Ik had er plezier in, werkte gestructureerd, en was zelfs een paar keer trots op hoe ver ik kwam en op mijn resultaten. En ik kreeg er eigenlijk geen significante lichamelijke problemen bij. Ik voelde me wel rot, duizelig en moe, maar niet erger dan wanneer ik aan het niksen was. Het “werken” had dus geen negatief effect meer op mijn lichaam. Wat een vooruitgang!

Maar zoals ik al voorspelde in blog #93, daar zit ‘m ook de valkuil. Als ik ongestraft meer kan gaan doen, dan ga ik meer doen. In de avonden keek ik kort Netflix, maar dat werd steeds langer. Als ik ‘s nachts wakker werd ging de lopende serie meteen maar weer aan om er langzaam bij in slaap te vallen.

Overdag ging ik soms drie keer, soms vier keer, soms vijf keer achter elkaar 50 minuten werken. Ik was trots dat ik me gewoon keurig aan de 10 minuten pauze kon houden, en dat ik geen extra lichamelijke klachten ontwikkelde. Yes, yes, yes, ik denk dus dat ik weer van alles kan! Fantastisch! Ik durf zelfs al na te denken over reïntegreren, ergens een baantje nemen voor 2 uur per week of zo, en dan te kijken wat er zou gebeuren.

Maar dan krijg ik een uitnodiging voor een bruiloft, en er wordt verzocht om een kraanvogel te vouwen van origamipapier. Dus, ik koop papier en ga aan de slag.

Voor een bruiloft van een nichtje ga ik een kraagvogel origamiën.
foto: © 2019 kakikhebeenburnout.nl

Iets vouwen

Het vouwen is moeilijk voor me. Mijn hersenen moeten nu iets doen wat ze nog nooit gedaan hebben. Jeetje wat is dit moeilijk. Mijn schouders en armen zijn meteen flink gespannen terwijl ik vouw. Het lukt niet. Het lukt wel. Nee, het lukt toch niet.

Ik raak gefrustreerd. Misschien had ik niet de halve dag moeten computeren, vervolgens boodschappen doen, en nu een moeilijk ding gaan vouwen. Had ik meer rust moeten nemen? Ik hoef de kraanvogel nog lang niet op te sturen, maar tóch mag ik niet falen van mezelf. Het maken van de kraanvogel lukt uiteindelijk, maar ik ben zo ontzettend gespannen geworden dat ik hard moet huilen. Pfoeh! Wat een stress! Even word ik er weer aan herinnerd dat ik inderdaad nog niet hersteld ben en niet overal tegen kan.

Na het kraanvogel-incident ga ik weer over naar de orde van de dag: computeren en in de avond TV kijken. Soms ga ik zelfs na het eten nog even op de computer werken, want ik ben zo lekker bezig steeds. Het voelt goed!

Maar wacht eens even, dat klopt niet. Dat is iets dat de oude Martin zou doen. Ik had met mezelf en de psycholoog afgesproken dat ik maar twee keer per dag 50 minuten zou gaan computeren. Maar er zijn nu al dagen bij dat ik vier of vijf keer 50 minuten doe. Maar ja, mijn lichaam voelt nog steeds hetzelfde, dus waarom niet? Ik word gewoon weer de oude, ik ben dus aan het genezen! Dat mag toch gevierd worden?

Schoonhoven

Op een zondag besluit ik om een eind te gaan rijden. Even wat anders doen. Het is de laatste zomerse dag van het jaar, en ik rijd een uurtje in de richting van Schoonhoven. Daar rijd ik heerlijk over de dijken en langs het water. Raampjes open, geen muziek aan. De bermen zijn vers gemaaid en het ruikt fijn. Ik krijg een waar vakantiegevoel.

Ik denk erover na om op vakantie te gaan. Ik wil naar de bergen. Is het niet eens tijd om terug te gaan naar Duitsland, naar de Alpenstraße, waar mijn burnout begon (zie blog #07)? Ik kan het vast wel aan om dat vakantieritje nu eens af te maken. En waarom niet? Ik voel me goed, kan weer van alles aan, en ben al drie jaar niet op vakantie geweest.

Ik ben niet bang meer om angsten of paniekaanvallen te krijgen want ik weet hoe die voelen en dan ga ik rustig zitten en dan gaan ze weer weg. Geen probleem! Wat fijn, ik heb vakantieplannen en rijd heerlijk door het landschap.

In Schoonhoven loop ik even rond in het oude centrum. Ik voel me een toerist, ik geniet van de oude gebouwen en de Veerpoort. Dan rij ik weer terug naar huis. Fantastisch! Dat was een lekker tripje. Ik ben drie uur weggeweest, een nieuw record, zonder extra lichamelijke klachten.

Dus ik zet de computer nog even aan om weer te “werken”. Ach ja, het is weliswaar zondag, maar wat maakt het uit? Ik word weer de oude, en dat is heerlijk.

Mijn gezicht doet raar

En dan op de dinsdag daarna houdt het weer op. Ik voel me wat moe dus ga even liggen op de bank. Dat had ik al de hele maand al niet meer gedaan. En opeens verdwijnt het gevoel in mijn gezicht.

Middenin mijn gezicht, van voorhoofd tot kin, voel ik niks meer. Ik por met mijn vinger op mijn huid, op mijn neus, ik tik tegen mijn tanden, maar ik voel niks. Ik schrik me kapot, en krijg meteen de angst dat ik een beroerte krijg. Ik ren naar de spiegel, maar mijn mond staat niet scheef. Ik kan ook nog gewoon praten.

Wat een eng gevoel, niks voelen in je gezicht. Ik krijg een enorme angstaanval. Mijn hart begint te bonken, en ik begin te huilen. En na een minuut of tien komt het gevoel in mijn gezicht terug. Vanaf dat moment ben ik nerveus en kan ik niet meer stoppen met huilen. Ik de dagen erna voel ik me weer zoals in het begin van mijn burnout. Ik ben duizelig, dronken, katerig. Ik ben zo moe dat ik bijna niet meer rechtop kan staan of lopen.

Ik was weer de oude geworden, maar dat is niet goed. De “oude” moet worden afgeschaft. Ik moet paal en perk stellen aan mijn belasting, mijn activiteiten. Gewoon lekker doorcomputeren omdat het goed voelt is NIET de juiste manier.

Dan word ik bang. Bang dat ik het nooit goed zal kunnen doen. Bang dat ik nooit meer zal kunnen functioneren. Bang dat ik nooit meer beter zal worden. Want hoe kan ik nou ooit weer gewoon werken terwijl ik niet op tijd aanvoel dat het fout gaat? Moet ik dus echt rustig aan doen, me gedragen als een bejaarde, alles langzaam doen, ook als ik me goed voel?

Moet ik nou echt de rest van mijn leven telkens 20 minuten pauze nemen elke keer nadat ik iets gedaan heb? Maar hoe moet dat dan als ik een uitstapje heb? Of hele dagen wil werken?

Ik ben zo bang, zo bang dat ik de oude weer word, terwijl ik de oude niet mag zijn. De oude Martin is weg, en hij mag ook niet meer terugkomen. Ik moet Martin versie 3.0 worden. Maar die nieuwe versie die ken ik niet. Het voelt een beetje zoals mensen die de apps op hun telefoon niet durven te updaten omdat “alles dan opeens anders is”.

(Advertentie)

Maar bij die apps op mijn telefoon ben ik nooit bang. Ik hoef dus ook niet bang te zijn voor de nieuwe versie van mezelf. Ik kan hem gewoon toestaan, en zal vast wel wennen aan wat er dan allemaal anders zal zijn. Nieuwe features, verbeteringen, fouten die zijn opgelost.

Ik moet niet meer de oude worden.

Ik word de nieuwe, en dat is goed.

Volgende keer

Volgende keer de uitspraak van het UWV over mijn ziekmelding van maanden geleden.

Reageren? Dat kan via Instagram.