#169: Cynisme (“het kan me niet meer schelen”) als indicator voor burnout
Volgens de bekendste definitie (uit de jaren zeventig van de vorige eeuw) van onder andere Christine Maslach bestaat burnout uit drie dingen: uitputting (extreme vermoeidheid), cynisme (afstand hebben van het werk, dan wel de mensen met wie men werkt) en een lager zelfbeeld van de eigen competenties.
In normale mensentaal is dat dus: doodmoe zijn, het werk en je collega’s kunnen je niet meer schelen en je hebt het gevoel dat je het allemaal niet meer aan kan. Die laatste twee dingen lijken er op te duiden dat burnout een mentaal probleem is. Immers, “het kan me niet meer schelen” en “het is te veel voor me” klinken meer als een houding dan als een lichamelijke aandoening. Logisch, want Christine Maslach was een psycholoog en geen arts die zich op het lichaam richt.
De oplossing voor dit cynisme lijkt te zijn dat je niet zo moet zeuren of je niet moet aanstellen en gewoon even door deze periode heen moet. Deze uitleg is helaas verkeerd en ook behoorlijk denigrerend voor mensen die een burnout hebben.
Ook leidt de definitie van Maslach tot verkeerde interpretaties: mensen die geen zin meer hebben in hun werk of het gezinsleven (of voor wie alles even tegenvalt) zeggen hierdoor nogal snel dat ze “in een burnout zitten”. Ze gaan dan een andere studie doen, nemen een andere baan of een andere vriend(in) en dan is het opeens weer over. Maar da’s dus geen burnout, jongens en meisjes.
Even geen zin meer
Daarbij wordt voorbij gegaan aan de échte burnout die erop volgt als je landurig onder stress staat en te weinig rust en afstand neemt: de burnout waarbij het lichaam niets meer kan. Niet alleen door totale uitputting waarbij slapen en uitrusten totaal niet meer werkt, maar ook door de meest verschrikkelijke en willekeurige lichamelijke effecten: pijnen en steken in gewrichten en organen, problemen met spijsvertering, angst- en paniekaanvallen, duizelingen, vlekken voor de ogen, niet meer kunnen concentreren en nadenken. Een bonzende kop krijgen van elk klein geluidje of lichtflitsje, niet meer tegen radio en tv kunnen, laat staan met iemand praten. Je wíl nog wel van alles, maar je kán het gewoon niet meer.
Zijn cynisme en een lager zelfbeeld dan écht geen indicatie voor burnout? Jawel, maar niet vanuit psychologisch oogpunt. Het cynisme en het lagere zelfbeeld zijn een beschermingsmechanisme van de hersenen. Als je te ver gaat, al je energie verspeelt en je lichaam in een langdurige stress-toestand plaatst dan komen óók de hersenen in actie om je te beschermen.
Als je merkt dat je op je werk steeds vaker moe bent, voor je uit staart en van je bureau wegloopt dan denk je misschien dat je geen zin hebt of lui bent. Maar het kan ook je lichaam zijn dat zegt: “stoppen nu!” Je krijgt dan vaker behoefte aan pauzes en rust. Je wilt tijdens de lunch liever in je eentje buiten lopen en niet zo veel meer kletsen. Je ergert je aan muziek die aan staat, geklets van collega’s en de onzin van de zoveelste meeting.
Bijna niemand luistert naar deze signalen en men neemt koffie of voedingssupplementen om zich beter te voelen en dan moet het maar weer overgaan. Helpt dit niet, dan kan men langzamerhand steeds cynischer worden of steeds meer het gevoel krijgen dat het werk te veel is of te moeilijk is, terwijl het werk zelf niet veranderd is. Maar dat is géén psychisch probleem: het is een lichamelijk signaal.
De hersenen beginnen zichzelf te beschermen tegen de overbelasting. Eigenlijk moet je stoppen met je werk, vakantie nemen, of misschien wel ontslag, maar aan dat soort dingen denk je totáál niet. Welnee, je bent “gewoon wat moe of gespannen”, maar “dat gaat vast wel snel over”. De hersenen reageren hierop door jou steeds meer signalen te geven dat overleven belangrijker is dan wat je nu aan het doen bent; of het nou werk, gezin, studie of iets anders is.
Geen energie meer
Naar mate de stress en uitputting toenemen, zal ook het cynisme toenemen. Steeds vaker zal je denken dat meedoen in een vergadering toch geen zin heeft. En dat het maken van een opdracht of rapportage ook wel wat minder goed kan want er is toch niemand die er iets mee doet. Of je gaat vaker taken uitvoeren waar je het zelf niet mee eens bent. Je doet ze maar gewoon, want iemand anders vraagt het van je en je hebt geen energie meer om te discussiëren of te bespreken wat jouw eigen behoeftes en prioriteiten zijn. “Het zal wel, ik doe het maar gewoon want ik ben te moe om er tegenin te gaan.”
Hetzelfde kan overigens ook gebeuren als je geen werk hebt, maar bijvoorbeeld tijdens je studie(projecten) of familie- en gezinstaken. Dit zijn allemaal berichtjes van het lichaam dat het niet goed met je gaat en dat uitputting en overspanning op de loer liggen. Ga je hier gewoon mee door, dan is een burnout zo gepiept.
Het feit dat het je allemaal niet meer zo kan schelen is géén attitudeprobleem. Je hebt écht nog steeds “hart voor de zaak” en wil nog steeds alles zo goed mogelijk doen, maar het lúkt gewoon niet meer. Je kán de dingen gewoon niet meer positief bekijken, en dat komt doordat je hersenen je willen waarschuwen dat ze met rust gelaten willen worden en dat het tijd is om hiermee op te houden.
Het feit dat je nu twijfelt of je wel goed genoeg bent voor je werk, studie of andere taken, is niet omdat je er met de pet naar gooit, lui bent of een psychisch probleem hebt. Je hersenen zeggen tegen jou: “het is nu genoeg geweest, je moet stoppen met deze manier van werken.” Het vervelende is alleen dat je dit niet inziet en al helemaal niet accepteert: je vindt van jezelf dat je dan maar wat harder moet gaan werken om het tóch voor elkaar te krijgen.
Want dat kán toch niet zomaar? Wat zullen je baas of collega’s wel niet denken als ze zien dat het allemaal wat minder gaat? Straks denken ze dat je er geen zin meer in hebt of de kantjes er vanaf loopt. En hier loop je in de valkuil. Volgens de definitie van Maslach heb ben je nu cynisch, maar in werkelijkheid is je lichaam het aan het opgeven; iets waar je niets aan kan doen, behalve stoppen met doorgaan.
Je lichaam is de baas
Ga je tóch door, en wuif je het cynisme en het lager geworden zelfbeeld gewoon weg, dan zullen de signalen steeds erger worden. Het cynisme en het lagere zelfbeeld zijn dus wel degelijk aspecten die erop kunnen duiden dat je een burnout hebt, ofwel onderweg bent om er één te krijgen. Je lichaam is de baas en zal deze signalen net zolang inzetten tot je stopt en het roer omgooit. Doe je niets, dan volgt op een dag de totale instorting.
Het lastige is natuurlijk dat iedereen wel eens een dagje cynisch is over het werk of twijfelt over het eigen kunnen. Wanneer je dit bespreekt met iemand zal er al gauw gezegd worden “ja, dat heb ik ook zo vaak” of je denkt dit zelf. Het is dus zaak om in de gaten te houden hoe vaak dit gebeurt. Af en toe een keertje is natuurlijk geen probleem, maar als je voortdurend over een langere periode cynisch bent over je werk of twijfelt over je eigen kwaliteiten, dan is het tijd om deze signalen serieus te gaan nemen.
Denk dan niet dat je een mentaal probleem hebt, lui bent, of een schop onder je kont nodig hebt. Je lichaam probeert je iets te vertellen.
Volgende keer
Volgende keer gaat mijn hoofd onzettend vervelend doen.
Bekijk reacties op deze blogpost of reageer zelf via Instagram.