#294: Ik kan niks meer

Vorige keer schreef ik over een super zware vermoeidheid die over mijn hele lichaam tevoorschijn kwam. Ik ben helemaal op. Binnen enkele dagen wordt deze vermoeidheid zwaarder en zwaarder.

Mijn armen en benen worden slap. Mijn hoofd wil niks meer, behalve de ogen sluiten. Ik ben nog nooit van mijn leven zó moe geweest, zo uitgeput. En ik ben best wel wat gewend; tijdens mijn eerste burnout (2002-2006) was ik helemaal niet gespannen, maar wel voortdurend dood- en doodmoe. Zó moe, dat ik bijna niks meer kon. Wat ik nu ervaar, is nog wat heftiger dan toen.

Totale uitputting

Alleen als ik op de stoel zit met mijn koppie naar beneden, kin leunend op mijn vuist, ogen dicht, ben ik rustig en kalm. Ik voel me dan zo moe, zó moe. Even opstaan om thee te pakken is loodzwaar. Zitten moet ik, of liggen. Mijn rug doet zeer en mijn heup knakt raar als ik even loop. Snel maar weer zitten.

(Advertentie)

Urenlang zit ik op mijn stoel. Ik moet mezelf dwingen om af en toe op te staan en even te bewegen. Ik probeer soms buiten een rondje te wandelen maar word dan meteen duizelig. Het lijkt steeds of ik omval, maar ik val niet om. Ook dit herken ik: het hoofd wil niet meer meedoen.

Ik ben nu zó moe dat ik niet meer weet wat ik moet doen. Ik wil graag huilen maar het lukt niet zo goed. Ik wil graag in het zonnetje zitten in mijn tuin maar dat voelt als een zware opgaaf. Op mijn telefoon kijken of iemand een berichtje sturen is niet meer te doen.

Ik probeer te genieten van mijn tuin.
foto: ©2023 kakikhebeenburnout.nl

Leuke ideetjes laat ik varen, afspraken zeg ik af. Netflix kijken gaat ook niet meer. Ik ben helemaal op en totaal kapot. Maar… zoals ik vorige keer al schreef ben ik gelukkig niet gespannen. De stress heeft écht mijn lichaam verlaten. Al een paar weken lang ben ik kalm, slap en moe.

Dat is dus eigenlijk super positief, dat ik niet meer gespannen ben. Maar de moeheid die ik er nu opeens voor terugkrijg is wel AB-NOR-MAAL. Ik voel me een wrak waar een molensteen op ligt. Ik probeer positief te blijven.

Ziekte

Slapen helpt totaal niet. Ik ga ‘s avonds slapen als een blok beton met een aambeeld erop, en word wakker als een blok beton met een aambeeld erop. De dagen gaan voorbij en ik doe niets. Ik zit alleen maar op bank of stoel. Soms op het bankje in mijn tuin.

Ik voel me zó ernstig uitgeput dat ik bang ben dat ik een ziekte heb. Voor de zoveelste keer ga ik even googelen naar uitputting. De meest verschrikkelijke ziektes komen voorbij.

Maar ja kort geleden heb ik nog een bloedonderzoek gehad en uiteraard was alles weer prima, behalve licht verhoogd cholesterol. Dat hoopte ik wat te verlagen door meer te bewegen maar bewegen kan ik niet meer. Ik ben langzaam een zombie aan het worden.

Ik bedenk maar weer een plan. Ik ga twee weken zo door en doe daarbij de OR-methode waarbij ik elke twee uur een kwartier ga liggen. Ik ga dus niet de hele dag in bed liggen, want ik ben bang om nog slapper te worden en nog meer last van mijn rug te krijgen.

Hoe moet ik verder?

Als ik na een paar weken niet een piepklein beetje verbetering merk, dan ga ik weer eens naar de huisarts. Ja, dat is het, dat is mijn plan. Dat is het zoveelste plan. Ik ben al meer dan zes jaar aan het kloten, en elke zes tot acht weken moet ik weer een nieuw plan maken hoe ik nou toch weer verder moet.

Ik wil het nog niet opgeven, maar voor de honderdste keer zie ik de rest van mijn leven wel wat somber in. Ik kan wel vergeten dat ik nog wat leuke apps kan maken. Ik kan wel vergeten dat ik YouTube video’s kan maken. Ik kan wel vergeten dat ik ooit nog kan werken.

Of daten. Welke vrouw wil mij nou? Ik heb niets te bieden, behalve uitputting. En dat ze vooral niet te veel moet kletsen en dat afspraken niet langer dan 10 minuten mogen duren en laat me maar met rust en ik kan niet tegen WhatsAppen.

“Leuke dingen doen” kan ik ook wel vergeten. Het enige dat ik kan is af en toe bij de dijk wandelen en dan in de winter naar de ganzen kijken en in de zomer naar de schapen. Als het iets verder weg is dan red ik het niet. Ik heb er de energie niet voor. Als er ergens te veel mensen zijn, muziek of lawaai is, gaat het ook niet.

De buren vragen mij wel eens voor koffie, of om bij ze te eten, of voor een drankje. Ik moet altijd nee zeggen. Andere buren zeggen dat het altijd zo lekker ruik als ik Thais aan het koken ben. Ik wil ze uitnodigen maar ik kan het niet. Ik kan niet tegen gesprekken, ik kan niet tegen bezoek. Het is te veel voor me. Alles is te veel voor me.

De enige houvast die ik heb, is dat ik niet meer gespannen ben. Ik sta niet meer strak van de adrenaline. Ik tril niet meer, ben niet meer zenuwachtig. Dat is positief, dat is goed! Dat is mijn hoop dat mijn lichaam nu, na meer dan zes jaar, eindelijk weer eens normaal gaat doen. Mijn hoop is dat deze vermoeidheid het laatste restje is. Het laatste restje van mijn burnout.

(Advertentie)

Huilen

Op zich is het normaal dat als de (over)spanning daalt en de “AAN” stand weer “UIT” gaat, dat je dan doodmoe kan zijn. Het is een teken van vooruitgang. Maar het voelt wel erg rot, het is zo zwaar dat ik telkens alle hoop op wat activiteiten, dingen doen, iets leuks, moet laten varen. Zelfs even af en toe een uurtje gewoon een lekker gevoel hebben, dat kan ik wel vergeten. Ik heb NOOIT een uurtje een lekker gevoel, al bijna zeven jaar niet.

Opeens moet ik hard huilen. Gelukkig, ik kan tóch nog huilen. Dat voelt heel lekker en het lucht op. Daarna ben ik lekker sloom en lekker moe in plaats van tergend zwaar sloom en tergend zwaar moe. Een half uur later is het lekkere weer verdwenen.

En zo ga ik verder. Ik ga nu mijn plan uitvoeren, een paar weken ga ik me volledig overgeven aan deze ellende, en dan maar weer eens naar de huisarts als het niet verbetert.

Volgende keer

Volgende keer ontdek ik dat moeheid prima te onderdrukken is.

Bekijk reacties op deze blogpost of reageer zelf via Instagram.